|
Het woord staat in de Wiktionary6 korte fragmenten uit het WikiWoordenboek (Dit is een meertalig en vrij woordenboek waaraan iedereen kan meehelpen.)— Nederlandse woorden —- bouwvak n. M de tijd waarin bouwvakkers vakantie hebben.
- bouwvak n. O een vak dat betrekking heeft tot bouwen.
— Nederlandse woorden, definiëren in het Engels —- bouwvak n. The construction business, trade.
- bouwvak n. The builder’s profession, métier.
- bouwvak n. (Netherlands) The construction workers’ summer holidays.
— Nederlands woord, definieer in het Frans —- bouwvak n. Construction, bâtiment.
12 Nederlandse woorden uit 2 Nederlandse definitiesbetrekking bouwen bouwvakkers dat een hebben heeft tijd tot vak vakantie waarin 1 Nederlands woord uit 4 buitenlandse definitiesbusiness 13 vreemde woorden uit 4 buitenlandse definitiesbâtiment builder construction construction␣workers holidays métier Netherlands profession summer summer␣holidays The trade workers 11 achtervoegsels (Nieuwe woorden gevormd door het toevoegen van een of meer letters aan het einde van het woord.)bouwvakken bouwvakker bouwvakkers bouwvakkertje bouwvakkertjes bouwvakarbeider bouwvakvakantie bouwvakarbeiders bouwvakvakanties bouwvakkersdecolleté bouwvakkersdecolletés 3 subwoorden (Woorden gevonden zoals ze binnen het woord zijn. Minimummaat van 3 letters.)bouw UWV vak Een neef (Nieuw woord gevonden door slechts één letter te wijzigen.)bouwval
Zie dit woord in een andere taalEnglish Français Español Italiano Deutsch Português
| |