|
Lijst met woorden van 5 letters bevattend met •• Snelle modus Klik om een vierde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 23 woorden van vijf letters bevattend met A, G en Pagape gaapt Gaasp gaf␣op galop gapen gaper gapte gekap grapt opgaf opzag pager pages pangi pangs parig plaag plagt Praag prang spang zag␣op 45 definities gevonden- agape — n. Liefdesmaal bij eerste christenen, laatste avondmaal. — n. Vriendenmaal. — n. Naastenliefde.
- gaapt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gapen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gapen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van gapen.
- Gaasp — eig. (Toponiem: rivier) rivier in Noord-Holland. — eig. (Toponiem: rivier) vroegere rivierarm van de Lek, ten zuiden…
- gaf␣op — w. Enkelvoud verleden tijd van opgeven.
- galop — n. De snelste gang van een paard.
- gapen — w. Inergatief heel diep inademen met de mond ver open, moeilijk… — w. Met open mond vol verwondering ergens naar kijken. — w. Wijd openstaan.
- gaper — n. Iemand die gaapt. — n. Houten beeld met gapende mond en uitgestoken tong, uithangteken… — n. (Tweekleppigen) Mya arenaria (afkorting) van strandgaper.
- gapte — w. Enkelvoud verleden tijd van gappen.
- gekap — n. Aanhoudend kritiek leveren op iets of iemand.
- grapt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grappen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grappen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van grappen.
- opgaf — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opgeven.
- opzag — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opzien.
- pager — n. (Communicatie) een apparaat dat kan worden gebruikt om iemand…
- pages — bijv. (Jiddisch-Hebreeuws) bang, angstig, verslagen. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord page. — n. Meervoudsvorm als officiële benaming (vlinders) Papilionidae…
- pangi — n. (Kleding) omslagdoek voor vrouwen.
- pangs — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord pang.
- parig — bijv. Geneigd om te paren, paarziek. — bijv. (Verouderd) met betrekking tot een paar, even.
- plaag — n. (Religie) door God gezonden onheil, ramp. — n. (Figuurlijk) een wijdverspreid ongemak of fysieke bedreiging… — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plagen.
- plagt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plaggen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plaggen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van plaggen.
- Praag — eig. (Toponiem) hoofdstad van Tsjechië.
- prang — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van prangen. — w. Gebiedende wijs van prangen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van prangen.
- spang — n. Metalen haarband. — n. Metalen speld. — n. Gesp, haak.
- zag␣op — w. Enkelvoud verleden tijd van opzien.
Zie deze lijst voor:
| |