|
Lijst met woorden van 6 letters bevattend met ••• Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 23 woorden van zes letters bevattend met A, F, L en Uafbeul afbluf afblus afluis afpluk afpulk afruil afvult afzeul beul␣af bluf␣af blus␣af durfal fallus fibula flatus fluïda luis␣af pluk␣af pulk␣af ruil␣af vult␣af zeul␣af 43 definities gevonden- afbeul — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbeulen.
- afbluf — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbluffen.
- afblus — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afblussen.
- afluis — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afluizen.
- afpluk — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afplukken.
- afpulk — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpulken.
- afruil — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afruilen.
- afvult — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvullen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvullen.
- afzeul — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeulen.
- beul␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbeulen. — w. Gebiedende wijs van afbeulen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbeulen.
- bluf␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbluffen. — w. Gebiedende wijs van afbluffen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbluffen.
- blus␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afblussen. — w. Gebiedende wijs van afblussen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afblussen.
- durfal — n. Iemand die alles durft.
- fallus — n. Het mannelijk lid in erectie.
- fibula — n. (Kleding) (geschiedenis) speld om kleren bij elkaar te houden. — n. (Anatomie) lang bot in het onderbeen, naast het scheenbeen.
- flatus — n. (Medisch) het ontsnappen van opgehoopte gassen; wind.
- fluïda — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord fluïdum.
- luis␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afluizen. — w. Gebiedende wijs van afluizen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afluizen.
- pluk␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afplukken. — w. Gebiedende wijs van afplukken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afplukken.
- pulk␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpulken. — w. Gebiedende wijs van afpulken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpulken.
- ruil␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afruilen. — w. Gebiedende wijs van afruilen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afruilen.
- vult␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvullen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvullen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afvullen.
- zeul␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeulen. — w. Gebiedende wijs van afzeulen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeulen.
Zie deze lijst voor:
| |