|
Lijst met woorden van 7 letters bevattend met ••• Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 20 woorden van zeven letters bevattend met A, F, I en Zafwezig afzeikt afzeilt afzicht afziend afzinkt afzuigt afzuipt afzwaai afzwier pikzalf zeikt␣af zeilt␣af zicht␣af zijflap zinkt␣af zuigt␣af zuipt␣af zwaai␣af zwier␣af 42 definities gevonden- afwezig — bijv. Niet op een bepaald tijdstip en plaats. — bijv. Geestelijk afgeleid, verstrooid.
- afzeikt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeiken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeiken.
- afzeilt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeilen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeilen.
- afzicht — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzichten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzichten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzichten.
- afziend — w. Onvoltooid deelwoord van afzien.
- afzinkt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzinken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzinken.
- afzuigt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzuigen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzuigen.
- afzuipt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzuipen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzuipen.
- afzwaai — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzwaaien.
- afzwier — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzwieren.
- pikzalf — n. (Geschiedenis) (medisch) huidsmeersel waarin teer is verwerkt.
- zeikt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeiken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeiken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afzeiken.
- zeilt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeilen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeilen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afzeilen.
- zicht␣af — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van afzichten#gebiedende wijs van afzichten.
- zijflap — n. Lap textiel dat aan de zijkant van iets zit.
- zinkt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzinken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzinken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afzinken.
- zuigt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzuigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzuigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afzuigen.
- zuipt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzuipen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzuipen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afzuipen.
- zwaai␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzwaaien. — w. Gebiedende wijs van afzwaaien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzwaaien.
- zwier␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzwieren. — w. Gebiedende wijs van afzwieren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzwieren.
Zie deze lijst voor:
| |