Lijst met woorden van 6 letters bevattend met ••••

  Snelle modus

Klik om een zesde letter toe te voegen

Klik om een letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  5  6  7  8  9  10  11  12  13  14  15  16  17  18  19  20  21

Er zijn 23 woorden van zes letters bevattend met 2A, F, P en T

afhapt  afkapt  aflapt  afpakt  afpast  afplat  afspat  afstap  aftape  aftapt  aftrap  hapt␣af  kapt␣af  lapt␣af  pakt␣af  past␣af  plataf plat␣af  spat␣af  stap␣af  tape␣af  tapt␣af  trap␣af

54 definities gevonden

• afhapt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhappen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhappen.
• afkapt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkappen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkappen.
• aflapt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aflappen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aflappen.
• afpakt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpakken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpakken.
• afpast — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpassen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpassen.
• afplat — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afplatten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afplatten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afplatten.
• afspat — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afspatten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afspatten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afspatten.
• afstap — n. Een trede waardoor men lager kan komen o.a. nodig om uit een… — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afstappen.
• aftape — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftapen.
• aftapt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftappen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftappen.
• aftrap — n. (Voetbal) de eerste trap vanuit de middencirkel bij het begin… — n. Het begin of de start van iets. — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftrappen.
• hapt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhappen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhappen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afhappen.
• kapt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkappen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkappen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afkappen.
• lapt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aflappen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aflappen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aflappen.
• pakt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpakken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpakken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afpakken.
• past␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpassen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpassen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afpassen.
• plataf — bijw. Plat, geheel en al, totaal.
• plat␣af — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van afplatten#gebiedende wijs van afplatten.
• spat␣af — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van afspatten#gebiedende wijs van afspatten.
• stap␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afstappen. — w. Gebiedende wijs van afstappen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afstappen.
• tape␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftapen. — w. Gebiedende wijs van aftapen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftapen.
• tapt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftappen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftappen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aftappen.
• trap␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftrappen. — w. Gebiedende wijs van aftrappen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftrappen.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 3 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 2 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: 1 woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.