|
Lijst met woorden van 7 letters bevattend met •••• Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 18 woorden van zeven letters bevattend met 2A, E, F en Haanheft aanhief afhaken afhaker afhakte afhalen afhaler afhamer afhapte haäsief haken␣af hakte␣af halen␣af hamer␣af hapte␣af haren␣af heft␣aan hief␣aan 26 definities gevonden- aanheft — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanheffen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanheffen.
- aanhief — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aanheffen.
- afhaken — w. Ergatief, inergatief niet langer met een proces meedoen.
- afhaker — n. Iemand die zijn plannen niet ten uitvoer brengt; iemand die…
- afhakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afhakken.
- afhalen — w. Overgankelijk goederen die klaargelegd zijn in bezit komen nemen. — w. Door trekken van iets anders ontdoen. — w. (Kookkunst) het verwijderen van de draad bij peulvruchten (en…
- afhaler — n. Iemand die een bepaald product bij de leverancier ophaalt. — n. Iemand die iemand ophaalt van een bepaalde plaats om ergens…
- afhamer — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhameren.
- afhapte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afhappen.
- haäsief — n. (Jiddisch-Hebreeuws) van de inzameling van de oogst.
- haken␣af — w. Meervoud tegenwoordige tijd van afhaken.
- hakte␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afhakken.
- halen␣af — w. Meervoud tegenwoordige tijd van afhalen.
- hamer␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhameren. — w. Gebiedende wijs van afhameren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhameren.
- hapte␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afhappen.
- haren␣af — w. Meervoud tegenwoordige tijd van afharen.
- heft␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanheffen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanheffen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanheffen.
- hief␣aan — w. Enkelvoud verleden tijd van aanheffen.
Zie deze lijst voor:
| |