Woordenlijsten Zoek woorden

Lijst met woorden van 7 letters bevattend met

Snelle modus

Klik om een zesde letter toe te voegen

Klik om een letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetischAllemaal op maat6789101112131415161718192021


Er zijn 24 woorden van zeven letters bevattend met A, E, I, L en Z

aanzeilafzeiltalziendbakzeilbaliziebrazielinlazeninzamellazen␣inlazerijpaleizezaaiselzaligdezaligenzaligerzamel␣inzaveligzeil␣aanzeildagzeilkarzeillatzeilpakzeilt␣afzeilval

36 definities gevonden

  • aanzeil — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanzeilen.
  • afzeilt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeilen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeilen.
  • alziend — bijv. Alles ziende.
  • bakzeil — n. Een zeil dat aan bakboord gevoerd wordt, en dat de schipper…
  • balizie — n. (Straattaal) (pejoratief) overheidsdienst die belast is met…
  • braziel — n. Donkerrood of bruingeel, zeer hard hout uit Zuid-Amerika, vroeger… — n. Een rood pigment dat uit brazielhout wordt verkregen. Het staat… — n. Braziliaanse tabak.
  • inlazen — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van inlezen.
  • inzamel — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzamelen.
  • lazen␣in — w. Meervoud verleden tijd van inlezen.
  • lazerij — n. (Pejoratief) het menselijk lichaam. — n. Melaatsheid, lepra, leprozenhuis.
  • paleize — n. Datief onzijdig van paleis, archaïsche vorm die in enkele staande…
  • zaaisel — n. Het reeds gezaaide zaad.
  • zaligde — w. Enkelvoud verleden tijd van zaligen.
  • zaligen — w. (Religie) rechtvaardigen tegenover God. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zalige.
  • zaliger — bijv. Genitief v achtergeplaatst: wijlen, overleden.
  • zamel␣in — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzamelen. — w. Gebiedende wijs van inzamelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzamelen.
  • zavelig — bijv. (Geologie) op zavel gelijkend, zanderig.
  • zeil␣aan — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanzeilen. — w. Gebiedende wijs van aanzeilen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanzeilen.
  • zeildag — n. Een dag dat men (uit)zeilt. — n. De dag dat men uitzeilt.
  • zeilkar — n. (Scheepvaart) een in een rail passend systeem om het zeil bij…
  • zeillat — n. (Scheepvaart) lat die in het grootzeil zit om dat in vorm te houden.
  • zeilpak — n. Een glad en waterdicht pak dat je beschermt tegen weer en wind.
  • zeilt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeilen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeilen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afzeilen.
  • zeilval — n. (Scheepvaart) lijn om een zeil mee te hijsen.
Vorige lijstVolgende lijst
Willekeurig woordTerug naar boven

Zie deze lijst voor:



Ortograf Inc.Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid.
© Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.