|
Lijst met woorden van 8 letters bevattend met •••• Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 20 woorden van acht letters bevattend met 2A, E, F en Oaanfloep aanfokte aangroef aanloeft anaforen autodafe cenotaaf floep␣aan foedraal fokte␣aan geograaf groef␣aan loeft␣aan metafora octaafje oefenaar offeraar sofaatje troefaas zoeaafje 29 definities gevonden- aanfloep — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanfloepen.
- aanfokte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aanfokken.
- aangroef — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aangraven.
- aanloeft — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanloeven. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanloeven.
- anaforen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord anafoor.
- autodafe — n. Een ritueel van penitentie van door de (Spaanse ) inquisitie…
- cenotaaf — n. Leeg grafmonument voor iemand die elders begraven is of onvindbaar is.
- floep␣aan — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanfloepen. — w. Gebiedende wijs van aanfloepen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanfloepen.
- foedraal — n. Passend gemaakte doos, overtrek of hoes.
- fokte␣aan — w. Enkelvoud verleden tijd van aanfokken.
- geograaf — n. (Aardrijkskunde) (beroep) iemand die de relatie tussen mensen…
- groef␣aan — w. Enkelvoud verleden tijd van aangraven.
- loeft␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanloeven. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanloeven. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanloeven.
- metafora — n. Beeldspraak.
- octaafje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord octaaf.
- oefenaar — n. Iemand die een ander een bepaalde vaardigheid aanleert. — n. Was iemand die mocht preken in een godsdienstoefening van een… — n. Iemand die iets leert.
- offeraar — n. Iemand die een dier geeft aan een priester om het te offeren aan een godheid. — n. Iemand die een offerdier naar het altaar brengt en doodt.
- sofaatje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord sofa.
- troefaas — n. (Kaartspel) de/het aas van de troefkleur; de hoogste kaart van het spel. — n. (Figuurlijk) de belangrijkste, sterkste deelnemer in een wedstrijd.
- zoeaafje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zoeaaf.
Zie deze lijst voor:
| |