|
Lijst met woorden van 8 letters bevattend met •••• Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 20 woorden van acht letters bevattend met A, D, F, G en Tafdraagt afdreigt afdringt afdroogt afdwingt afglijdt aftuigde dagdieft draagt␣af dreigt␣af dringt␣af droogt␣af dwingt␣af feestdag fietsdag giftcard glijdt␣af handgift sterfdag tuigde␣af 43 definities gevonden- afdraagt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdragen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdragen.
- afdreigt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdreigen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdreigen.
- afdringt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdringen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdringen.
- afdroogt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdrogen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdrogen.
- afdwingt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdwingen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdwingen.
- afglijdt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afglijden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afglijden.
- aftuigde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aftuigen.
- dagdieft — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dagdieven. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dagdieven. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van dagdieven.
- draagt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdragen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdragen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afdragen.
- dreigt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdreigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdreigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afdreigen.
- dringt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdringen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdringen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afdringen.
- droogt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdrogen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdrogen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afdrogen.
- dwingt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdwingen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdwingen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afdwingen.
- feestdag — n. Dag waarop feest gevierd wordt. — n. Jaarlijks terugkerende erkende gedenkdag die gevierd wordt.
- fietsdag — n. Dag dat men fietst.
- giftcard — n. Een plastic creditcard met een bepaald tegoed die je iemand cadeau kan geven. — n. Cadeaupas, cadeaukaart.
- glijdt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afglijden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afglijden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afglijden.
- handgift — n. Eerst verdiende geld van de dag. — n. Schenking waarbij de schenker nog in leven is.
- sterfdag — n. De datum van overlijden.
- tuigde␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van aftuigen.
Zie deze lijst voor:
| |