|
Lijst met woorden van 8 letters bevattend met •••• Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 19 woorden van acht letters bevattend met A, H, L, O en Pflaphoed haalde␣op haal␣open halfopen halfpond hapvogel hardloop hoedpalm hoekpaal loop␣hard openhaal ophaalde ophalend ophalers ophaling opschaal poolhaas schaal␣op sporthal 29 definities gevonden- flaphoed — n. (Hoofddeksel) vilthoed met brede, slappe rand.
- haalde␣op — w. Enkelvoud verleden tijd van ophalen.
- haal␣open — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openhalen. — w. Gebiedende wijs van openhalen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openhalen.
- halfopen — bijv. Van iets dat het niet helemaal open is maar ook niet helemaal gesloten. — bijv. Van een gebouw dat het wel een dak heeft maar waarbij de wanden open zijn. — bijv. Van een ruimte in een gebouw dat deze een ruime opening…
- halfpond — n. Gewicht van 250 gram.
- hapvogel — n. (Vogels) Eurylaimidae een vogel uit de familie van ’Breedbekken…
- hardloop — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hardlopen.
- hoedpalm — n. (Plantkunde) Manicaria saccifera een palmbomensoort uit o.a. Suriname.
- hoekpaal — n. Een paal die op de hoek van iets staat.
- loop␣hard — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hardlopen. — w. Gebiedende wijs van hardlopen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hardlopen.
- openhaal — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openhalen.
- ophaalde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van ophalen.
- ophalend — w. Onvoltooid deelwoord van ophalen.
- ophalers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord ophaler.
- ophaling — n. Inzameling van afval door bij woningen en bedrijven langs te gaan. — n. Handeling waarbij iets omhoog wordt bewogen. — n. (Figuurlijk) een herinnering weer tot leven brengen.
- opschaal — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opschalen.
- poolhaas — n. (Haasachtigen) Lepus arcticus een haas uit de familie van de Leporidae.
- schaal␣op — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opschalen. — w. Gebiedende wijs van opschalen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opschalen.
- sporthal — n. Zeer grote verdekte sportaccommodatie bijvoorbeeld voor tennis.
Zie deze lijst voor:
| |