Lijst met woorden van 10 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 22 woorden van tien letters bevattend met 2A, B, 2T en Uablutievat abstractum baatten␣uit balanstrut betaalt␣uit beurtvaart braakte␣uit buitengaat buitmaakte buutplaats gaat␣buiten maakte␣buit tablaturen tableautje tabulaties tabulators tabulatuur uitbaatten uitbetaalt uitbraakte uitputbaar uitzetbaar 29 definities gevonden- ablutievat — n. (Religie) een vat waarin in rooms-katholieke kerken de priester…
- abstractum — n. (Filosofie) woord dat een abstract begrip aanduidt.
- baatten␣uit — w. Meervoud verleden tijd van uitbaten.
- balanstrut — n. Vrouw die niet tot de top van het bedrijfsleven kan doordringen…
- betaalt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbetalen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbetalen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitbetalen.
- beurtvaart — n. (Scheepvaart) vaste vaart met een vaste dienstregeling langs…
- braakte␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitbraken.
- buitengaat — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitengaan. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitengaan.
- buitmaakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van buitmaken.
- buutplaats — n. Plaats waar men (bij een spel als verstoppertje) kan buten…
- gaat␣buiten — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitengaan. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitengaan. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van buitengaan.
- maakte␣buit — w. Enkelvoud verleden tijd van buitmaken.
- tablaturen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord tablatuur.
- tableautje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord tableau.
- tabulaties — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord tabulatie.
- tabulators — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord tabulator.
- tabulatuur — n. (Muziek) een voor een specifiek muziekinstrument aangepast…
- uitbaatten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van uitbaten.
- uitbetaalt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbetalen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbetalen.
- uitbraakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitbraken.
- uitputbaar — bijv. Dat iets op kan raken.
- uitzetbaar — bijv. Dat iets naar buiten gedraaid kan worden. — bijv. Uit een land verwijderd kunnen worden.
Zie deze lijst voor:
|