|
Lijst met woorden van 10 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 22 woorden van tien letters bevattend met 2A, H, 2L en Naanhollend achttallen alfahulpen allerhande dancehalls haalden␣los haalgolven haarballen half-en-half half␣en␣half halfslapen haltepalen handballen inhaalslag lachvalken lakenhalle loonschaal loshaalden op␣hol␣slaan slaschalen taalhulpen traphallen 28 definities gevonden- aanhollend — w. Onvoltooid deelwoord van aanhollen.
- achttallen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord achttal.
- alfahulpen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord alfahulp.
- allerhande — voorn. Van allerlei soort.
- dancehalls — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord dancehall.
- haalden␣los — w. Meervoud verleden tijd van loshalen.
- haalgolven — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord haalgolf.
- haarballen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord haarbal.
- half-en-half — n. (Voeding) mengsel van gelijke hoeveelheden varkens- en rundergehakt. — n. (Voeding) alcoholische drank die uit gelijke delen van twee…
- half␣en␣half — bijw. Eigenlijk wel, maar nog niet geheel. — bijw. Met gelijke hoeveelheden van twee verschillende bestanddelen. — bijw. (Techniek) met een houtverbinding waarbij twee even dikke…
- halfslapen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord halfslaap.
- haltepalen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord haltepaal.
- handballen — w. (Sport) onovergankelijk handbal spelen. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord handbal.
- inhaalslag — n. Strijd die geleverd wordt om een achterstand goed te maken.
- lachvalken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord lachvalk.
- lakenhalle — n. Historische markthal waar laken gekeurd werd.
- loonschaal — n. (Economie) een bandbreedte waarbij het arbeidsloon ligt tussen…
- loshaalden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van loshalen.
- op␣hol␣slaan — w. Onbeheerst wegrennen (vooral gezegd van paarden). — w. (Figuurlijk) overhaast ondoordachte dingen doen. — w. (Figuurlijk) zich snel, onregelmatig bewegen of ontwikkelen.
- slaschalen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord slaschaal.
- taalhulpen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord taalhulp.
- traphallen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord traphal.
Zie deze lijst voor:
| |