Lijst met woorden van 10 letters bevattend met •••••

  Snelle modus

Klik om een zevende letter toe te voegen

Klik om een letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  8  9  10  11  12  13  14  15  16  17  18  19  20  21

Er zijn 25 woorden van tien letters bevattend met 2A, K, 2T en U

aanzetstuk  altaarstuk  automatiek  braakte␣uit  buitmaakte  kaats␣terug  kalutaatje  katapulten  katapultje  krulstaart  kustplaats  maakte␣buit  maakten␣uit  maakte␣stuk  routekaart  spraakt␣uit  staartstuk  staatkunde  staatshulk  stukmaakte  takelauto's  terugkaats  trouwkaart  uitbraakte  uitmaakten

31 definities gevonden

• aanzetstuk — n. Verlengstuk.
• altaarstuk — n. (Schilderkunst) (religie) een kunstwerk dat op het altaar wordt geplaatst.
• automatiek — n. Een verkoopautomaat, in een automatiek ligt bereid voedsel…
• braakte␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitbraken.
• buitmaakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van buitmaken.
• kaats␣terug — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugkaatsen. — w. Gebiedende wijs van terugkaatsen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugkaatsen.
• kalutaatje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kaluta.
• katapulten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord katapult.
• katapultje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord katapult.
• krulstaart — n. Staart met een krul. — n. (Dierkunde) varken.
• kustplaats — n. Aan de kust gelegen woonplaats.
• maakte␣buit — w. Enkelvoud verleden tijd van buitmaken.
• maakten␣uit — w. Meervoud verleden tijd van uitmaken.
• maakte␣stuk — w. Enkelvoud verleden tijd van stukmaken.
• routekaart — n. Een kaart waarop een traject staat ingetekend. — n. (Figuurlijk) schema van een project dat uit opeenvolgende fasen bestaat.
• spraakt␣uit — w. Gij-vorm verleden tijd van uitspreken.
• staartstuk — n. Achterste deel van een snaarinstrument waar de snaren aan vastzitten. — n. Achterste deel van een vliegtuig. — n. Achterste deel van een stuk wild.
• staatkunde — n. (Wetenschap) een discipline binnen de sociale wetenschappen…
• staatshulk — n. (Figuurlijk) schip der staat.
• stukmaakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van stukmaken.
• takelauto's — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord takelauto.
• terugkaats — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugkaatsen.
• trouwkaart — n. Kaart waarop staat wie, wanneer en waar met elkaar willen gaan huwen.
• uitbraakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitbraken.
• uitmaakten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van uitmaken.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 16 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 15 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: 1 woord
• Italiaans WikiWoordenboek: 1 woord
• Duits WikiWoordenboek: 97 woorden
• Portugees WikiWoordenboek: 3 woorden

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.