|
Lijst met woorden van 11 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 19 woorden van elf letters bevattend met A, B, H, I, S en Uairbrushend airbrushten ambachtslui babyhuidjes babyhuisjes Bishnupriya bracht␣thuis bruidsnacht bruidsschat hangbuikjes huisbaasjes huisbankier huisbranden huisbrandje lachbuitjes schubachtig schuimbaden subarctisch thuisbracht 21 definities gevonden- airbrushend — w. Onvoltooid deelwoord van airbrushen.
- airbrushten — w. Meervoud verleden tijd van airbrushen.
- ambachtslui — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord ambachtsman.
- babyhuidjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord babyhuid.
- babyhuisjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord babyhuis.
- Bishnupriya — n. (Taal) Indische taal gesproken door 120 duizend mensen in het…
- bracht␣thuis — w. Enkelvoud verleden tijd van thuisbrengen.
- bruidsnacht — n. De eerste nacht na de voltrekking van het huwelijk.
- bruidsschat — n. Een gift die een vrouw van haar ouders meekrijgt als ze in… — n. Geld dat een vrouw krijgt van de echtgenoot is de bruidsprijs…
- hangbuikjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord hangbuik.
- huisbaasjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord huisbaas.
- huisbankier — n. De vaste bank van een bedrijf of overheid.
- huisbranden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord huisbrand.
- huisbrandje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord huisbrand.
- lachbuitjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord lachbui.
- schubachtig — bijv. Een huid of lichaamsbedekking lijkend op schubben zoals…
- schuimbaden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord schuimbad.
- subarctisch — bijv. (Aardrijkskunde) binnen de poolcirkel gelegen maar zuidelijker… — bijv. Lage begroeiing toelatend, milder dan Arctisch.
- thuisbracht — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van thuisbrengen.
Zie deze lijst voor:
| |