|
Lijst met woorden van 7 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 23 woorden van zeven letters bevattend met A, 2E, F, L en Tafdeelt afleeft afleekt afleert afleest afpeelt afsleet aftelde deelt␣af elatief leaflet leeft␣af leeft␣na leekt␣af leert␣af leest␣af naleeft peelt␣af sleet␣af tafelde tafelen telde␣af telefax 47 definities gevonden- afdeelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdelen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdelen.
- afleeft — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleven. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleven.
- afleekt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleken.
- afleert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleren.
- afleest — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aflezen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aflezen.
- afpeelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpelen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpelen.
- afsleet — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afslijten.
- aftelde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aftellen.
- deelt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afdelen.
- elatief — n. (Taalkunde) absolute superlatief. — n. (Taalkunde) naamval die beweging naar buiten aanduidt.
- leaflet — n. Ongevouwen blad dat wordt uitgedeeld en een korte boodschap…
- leeft␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleven. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleven. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afleven.
- leeft␣na — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van naleven. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van naleven. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van naleven.
- leekt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afleken.
- leert␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afleren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afleren.
- leest␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aflezen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aflezen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aflezen.
- naleeft — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van naleven. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van naleven.
- peelt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afpelen.
- sleet␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afslijten.
- tafelde — w. Enkelvoud verleden tijd van tafelen.
- tafelen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord tafel. — w. Inergatief aan tafel zitten om te eten.
- telde␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van aftellen.
- telefax — n. (Telecommunicatie) toestel waarmee tekeningen en formulieren… — n. (Communicatie) faxpost.
Zie deze lijst voor:
| |