|
Lijst met woorden van 8 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 19 woorden van acht letters bevattend met A, 2E, F, G en Taangeeft afgespte afgieten afregelt afregent afstegen ergatief feestdag fregatje gaaft␣mee geeft␣aan gespte␣af gieten␣af meegaaft negatief regelt␣af regent␣af retegaaf stegen␣af 33 definities gevonden- aangeeft — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangeven. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangeven.
- afgespte — w. Enkelvoud verleden tijd van afgespen.
- afgieten — w. Overgankelijk (kookkunst) het wegschenken van kookvocht.
- afregelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afregelen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afregelen.
- afregent — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afregenen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afregenen.
- afstegen — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van afstijgen.
- ergatief — n. (Letterkunde) (grammatica) de handelende persoon, agens. — n. (Taalkunde) (grammatica) een aparte naamval die de handelende… — bijv. (Taalkunde).
- feestdag — n. Dag waarop feest gevierd wordt. — n. Jaarlijks terugkerende erkende gedenkdag die gevierd wordt.
- fregatje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord fregat.
- gaaft␣mee — w. Gij-vorm verleden tijd van meegeven.
- geeft␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangeven. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangeven. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aangeven.
- gespte␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afgespen.
- gieten␣af — w. Meervoud tegenwoordige tijd van afgieten.
- meegaaft — w. (In een bijzin) gij-vorm verleden tijd van meegeven.
- negatief — bijv. Ontkennend, afwijzend. — bijv. Als slecht beschouwend, ongunstig. — bijv. (Medisch) afwezig.
- regelt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afregelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afregelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afregelen.
- regent␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afregenen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afregenen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afregenen.
- retegaaf — bijv. (Jongerentaal) uitermate gaaf, bijzonder populair.
- stegen␣af — w. Meervoud verleden tijd van afstijgen.
Zie deze lijst voor:
| |