|
Lijst met woorden van 8 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 22 woorden van acht letters bevattend met A, I, L, P, T en Uafpluist afsluipt flapt␣uit flapuits klapt␣uit napluist nasluipt nuptiaal panfluit plant␣uit platluis pluist␣af pluist␣na puitalen pulsatie slaap␣uit sluipt␣af sluipt␣na uitflapt uitklapt uitplant uitslaap 46 definities gevonden- afpluist — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpluizen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpluizen.
- afsluipt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsluipen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsluipen.
- flapt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitflappen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitflappen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitflappen.
- flapuits — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord flapuit.
- klapt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitklappen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitklappen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitklappen.
- napluist — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van napluizen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van napluizen.
- nasluipt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nasluipen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nasluipen.
- nuptiaal — bijv. Betrekking hebbend op de huwelijksvoltrekking.
- panfluit — n. (Muziekinstrument) blaasinstrument dat is samengesteld uit…
- plant␣uit — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van uitplanten#gebiedende wijs van uitplanten.
- platluis — n. (Verouderd) (insecten) Pthirus pubis luis die in het schaamhaar… — n. (Verouderd) armoedzaaier.
- pluist␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpluizen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpluizen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afpluizen.
- pluist␣na — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van napluizen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van napluizen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van napluizen.
- puitalen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord puitaal.
- pulsatie — n. Het pulseren. — n. (Medisch) een klopping.
- slaap␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitslapen. — w. Gebiedende wijs van uitslapen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitslapen.
- sluipt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsluipen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsluipen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afsluipen.
- sluipt␣na — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nasluipen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nasluipen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van nasluipen.
- uitflapt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitflappen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitflappen.
- uitklapt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitklappen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitklappen.
- uitplant — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitplanten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitplanten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitplanten.
- uitslaap — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitslapen.
Zie deze lijst voor:
| |