|
Lijst met woorden van 9 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 21 woorden van negen letters bevattend met A, C, H, K, R en Saanschurk aardschok afschrikt Frankisch hattricks Karelisch keramisch krachtens krachtjes Kroatisch praktisch rangschik schakeert schakeren schatrijk schrankel schranken schrankte schrikt␣af schurk␣aan verschalk 40 definities gevonden- aanschurk — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanschurken.
- aardschok — n. (Seismologie) een plotselinge aardbeving.
- afschrikt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afschrikken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afschrikken.
- Frankisch — n. (Taal) taal gesproken door de Franken, die hun historische… — bijv. Van de Franken.
- hattricks — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord hattrick.
- Karelisch — n. (Taal) een aan het Fins verwante taal die wordt gesproken in…
- keramisch — bijv. De keramiek betreffende. — bijv. Gemaakt van keramiek.
- krachtens — voorz. (Formeel) met het vermogen of bevoegdheid die voortvloeit…
- krachtjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord kracht.
- Kroatisch — n. (Taal) een taal die vooral in Kroatië gesproken wordt. — bijv. (Demoniem) gerelateerd aan of afkomstig uit Kroatië.
- praktisch — bijv. Op een manier die ook echt uitgevoerd kan worden. — bijw. Zogoed als, vrijwel.
- rangschik — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rangschikken. — w. Gebiedende wijs van rangschikken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rangschikken.
- schakeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schakeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schakeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van schakeren.
- schakeren — w. Met afwisseling (van kleur) schikken.
- schatrijk — bijv. Heel erg rijk, alsof diegene een schat bezit.
- schrankel — bijv. (Verouderd) (van benen) uit elkaar gaand. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schrankelen. — w. Gebiedende wijs van schrankelen.
- schranken — w. Op een scheve manier verzakken. — w. Veranderen van rijstrook. — w. Kruisen.
- schrankte — w. Enkelvoud verleden tijd van schranken.
- schrikt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afschrikken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afschrikken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afschrikken.
- schurk␣aan — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanschurken. — w. Gebiedende wijs van aanschurken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanschurken.
- verschalk — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verschalken. — w. Gebiedende wijs van verschalken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verschalken.
Zie deze lijst voor:
| |