|
Lijst met woorden van 9 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 25 woorden van negen letters bevattend met A, E, I, K, L en Zafdekzeil asielzaak diaklazen galziekte kamizolen kazuifels klandizie Klein-Azië lijkenzak luiszakje luizenkam pikzalven plaagziek plankzeil vuilzakje zakbijbel zalinkjes zeilklaar zeilmaker zeilplank zijbalken zijbalkje zijvlakje zinklagen zitvlakje 28 definities gevonden- afdekzeil — n. Doek waarmee men lading kan beschermen tegen weer en wind… — n. Doek waarmee men een open boot kan afdekken.
- asielzaak — n. (Juridisch) rechtszaak waarin beslist wordt op iemand wel of…
- diaklazen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord diaklaas.
- galziekte — n. (Medisch) aandoening van de galblaas of galwegen.
- kamizolen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kamizool.
- kazuifels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kazuifel.
- klandizie — n. De klanten van een winkel of bedrijf.
- Klein-Azië — eig. (Toponiem) (geschiedenis) historische benaming voor het Aziatische…
- lijkenzak — n. Een zak waarin men de stoffelijke overschotten van een persoon…
- luiszakje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord luiszak.
- luizenkam — n. Een kam bedoeld om luizen uit de haren te kammen.
- pikzalven — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord pikzalf.
- plaagziek — bijv. Te graag iemand anders plagend.
- plankzeil — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plankzeilen. — w. Gebiedende wijs van plankzeilen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plankzeilen.
- vuilzakje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vuilzak.
- zakbijbel — n. Een klein formaat bijbel om bij zich te dragen.
- zalinkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord zaling.
- zeilklaar — bijv. Gereed om te gaan zeilen.
- zeilmaker — n. (Beroep) iemand die zeilen vervaardigt.
- zeilplank — n. Een plank waarop men surft.
- zijbalken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zijbalk.
- zijbalkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zijbalk.
- zijvlakje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zijvlak.
- zinklagen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zinklaag.
- zitvlakje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zitvlak.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 32 woorden
- Frans WikiWoordenboek: 11 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: 1 woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: 28 woorden
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
| |