|
Lijst met woorden van 9 letters bevattend met •••••• Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
U hebt de limiet van 7 letter bereikt. Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 10 woorden van negen letters bevattend met 2A, F, I, N en 2Taanfietst aanflitst aanstijft aanstuift afmatting fietst␣aan flitst␣aan stijft␣aan stuift␣aan trafikant 22 definities gevonden- aanfietst — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanfietsen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanfietsen.
- aanflitst — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanflitsen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanflitsen.
- aanstijft — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstijven. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstijven.
- aanstuift — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstuiven. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstuiven.
- afmatting — n. Het heel vermoeid zijn; het heel vermoeid worden.
- fietst␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanfietsen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanfietsen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanfietsen.
- flitst␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanflitsen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanflitsen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanflitsen.
- stijft␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstijven. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstijven. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanstijven.
- stuift␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstuiven. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstuiven. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanstuiven.
- trafikant — n. (Economie) tussenpersoon, smokkelaar, handelaar.
Zie deze lijst voor:
| |