|
Lijst met woorden van 9 letters bevattend met •••••• Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
U hebt de limiet van 7 letter bereikt. Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 17 woorden van negen letters bevattend met 2A, I, S, 2T en Uaanstuift blaast␣uit laat␣thuis saturatie slaapt␣uit spaart␣uit staatslui statutair straal␣uit stuift␣aan thuislaat thuistaal uitblaast uitslaapt uitspaart uitstaand uitstraal 35 definities gevonden- aanstuift — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstuiven. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstuiven.
- blaast␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitblazen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitblazen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitblazen.
- laat␣thuis — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van thuislaten#gebiedende wijs van thuislaten.
- saturatie — n. Verzadiging.
- slaapt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitslapen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitslapen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitslapen.
- spaart␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsparen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsparen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitsparen.
- staatslui — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord staatsman.
- statutair — bijv. Volgens de statuten.
- straal␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitstralen. — w. Gebiedende wijs van uitstralen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitstralen.
- stuift␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstuiven. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstuiven. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanstuiven.
- thuislaat — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuislaten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuislaten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuislaten.
- thuistaal — n. De taal die men thuis spreek. — n. De manier van spreken thuis.
- uitblaast — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitblazen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitblazen.
- uitslaapt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitslapen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitslapen.
- uitspaart — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsparen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsparen.
- uitstaand — w. Onvoltooid deelwoord van uitstaan. — bijv. Van een geldbedrag dat het nog betaald moet worden.
- uitstraal — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitstralen.
Zie deze lijst voor:
| |