|
Lijst met woorden bevattend met •••••• Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
U hebt de limiet van 7 letter bereikt. Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 23 woorden bevattend met A, B, F, I, T en 2Uaanbetalingfactuur aanbetalingsfactuur afdelingsbestuur afdelingsbestuurder afdelingsbestuurders autokeuringsbedrijf autoverhuurbedrijf autoverhuurbedrijfje autoverhuurbedrijfjes clubfauteuil clubfauteuils Februarirevolutie frituuruitbater frituuruitbaters informatiebureau informatiebureaus informatiebureautje informatiebureautjes ribfractuur schedelbasisfractuur subfaculteit subfaculteiten uitschuifbaar 24 definities gevonden- aanbetalingfactuur — n. Rekening voor het voldoen van een aanbetaling.
- aanbetalingsfactuur — n. Rekening voor het voldoen van een aanbetaling.
- afdelingsbestuur — n. Bestuur van een plaatselijke afdeling van een politieke partij of vereniging.
- afdelingsbestuurder — n. Leidinggevende van een afdeling; lid van het afdelingsbestuur.
- afdelingsbestuurders — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord afdelingsbestuurder.
- autokeuringsbedrijf — n. (Economie) onderenming waar men auto’s beoordeelt (op veiligheid…
- autoverhuurbedrijf — n. (Economie) (verkeer) bedrijf dat auto’s zonder chauffeur verhuurt.
- autoverhuurbedrijfje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord autoverhuurbedrijf.
- autoverhuurbedrijfjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord autoverhuurbedrijf.
- clubfauteuil — n. (Meubel) lage en brede met leer bedekte zetel voor heren.
- clubfauteuils — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord clubfauteuil.
- Februarirevolutie — eig. (Geschiedenis) (politiek) revolutie in februari 1917 in Rusland. — eig. (Geschiedenis) (politiek) revolutie in februari 1848 in Frankrijk.
- frituuruitbater — n. (Beroep) iemand die een frituur uitbaat.
- frituuruitbaters — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord frituuruitbater.
- informatiebureau — n. Bureau (Van een instelling enz.) waar meer informatie te verkrijgen valt.
- informatiebureaus — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord informatiebureau.
- informatiebureautje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord informatiebureau.
- informatiebureautjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord informatiebureau.
- ribfractuur — n. (Medisch) breuk in een van de botten die het borstbeen met…
- schedelbasisfractuur — n. (Medisch) botbreuk aan de onderzijde van de schedel die rust…
- subfaculteit — n. (Onderwijs) min of meer zelfstandig onderdeel van een faculteit…
- subfaculteiten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord subfaculteit.
- uitschuifbaar — bijv. Iets dat uit iets anders geschoven kan worden.
Zie deze lijst voor:
| |