|
Lijst met woorden van 7 letters bevattend met ••• Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 21 woorden van zeven letters bevattend met B, I en 2Ublus␣uit bouw␣uit buig␣uit buik␣uit buit␣uit Burundi buurlui clublui dubieus dubnium huilbui pubquiz succubi tribuun tribuut tuibrug uitblus uitbouw uitbuig uitbuik uitbuit 34 definities gevonden- blus␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitblussen. — w. Gebiedende wijs van uitblussen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitblussen.
- bouw␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbouwen. — w. Gebiedende wijs van uitbouwen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbouwen.
- buig␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuigen. — w. Gebiedende wijs van uitbuigen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuigen.
- buik␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuiken. — w. Gebiedende wijs van uitbuiken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuiken.
- buit␣uit — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuiten#gebiedende wijs van uitbuiten.
- Burundi — eig. (Toponiem: land) een land in Afrika dat grenst aan Democratische…
- buurlui — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord buurman.
- clublui — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord clubman.
- dubieus — bijv. Twijfelachtig.
- dubnium — n. (Scheikunde), (element) een scheikundig element en vermoedelijk…
- huilbui — n. Een plotselinge, aanval van aanhoudend gehuil.
- pubquiz — n. Een quiz die eenmaal per week of maand in een pub of café wordt gehouden.
- succubi — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord succubus.
- tribuun — n. Functionaris in Romeinsche Rijk.
- tribuut — n. Verplichte bijdrage. — n. Eerbetoon aan iemand die dat verdient.
- tuibrug — n. (Bouwkunde) een aan kabels opgehangen brug waarbij de kabel…
- uitblus — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitblussen.
- uitbouw — n. Activiteiten om een gebouw groter te maken. — n. (Bouwkunde) uitspringende deel van een gebouw. — n. (Figuurlijk) ontwikkeling gericht op uitbreiding.
- uitbuig — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuigen.
- uitbuik — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuiken.
- uitbuit — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuiten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuiten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuiten.
Zie deze lijst voor:
| |