|
Lijst met woorden van 10 letters bevattend met •••• Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 24 woorden van tien letters bevattend met 3B, E en Rbabbelaars babbeltruc babyboomer babyborrel bandrobben beboetbaar bebouwbaar bedibberde bedibberen bekrabbend bibberatie bibberende bibbergeld blubberden blubberend blubbertje brabbelaar brabbelden brabbelend brobbeltje kribbebijt rubberboom rubberboot verbabbelt 31 definities gevonden- babbelaars — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord babbelaar.
- babbeltruc — n. (Juridisch) het proberen binnen te dringen in een woning (om…
- babyboomer — n. Iemand die tijdens een geboortegolf geboren is, maar in het…
- babyborrel — n. Een feest georganiseerd ter gelegenheid van de geboorte van een kind. — n. Kraamfeest, babyshower.
- bandrobben — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bandrob.
- beboetbaar — bijv. Van strafbare handelingen: waarvoor een boete gegeven kan…
- bebouwbaar — bijv. (Van een terrein) geschikt voor bebouwing (voor de landbouw…
- bedibberde — w. Enkelvoud verleden tijd van bedibberen.
- bedibberen — w. (Jiddisch-Hebreeuws) spreken.
- bekrabbend — w. Onvoltooid deelwoord van bekrabben.
- bibberatie — n. Het hevig bibberen door koude, angst of een andere hevige emotie.
- bibberende — w. Verbogen vorm van bibberend, het onvoltooid deelwoord van bibberen.
- bibbergeld — n. (Informeel) een geldpremie die men krijgt om een gevaarlijke…
- blubberden — w. Meervoud verleden tijd van blubberen.
- blubberend — w. Onvoltooid deelwoord van blubberen.
- blubbertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord blubber.
- brabbelaar — n. Iemand die van alles een rotzooi maakt. — n. Iemand die bij spreken en schrijven alles door elkaar haalt. — n. Warkop, dwarskop, beuzelaar.
- brabbelden — w. Meervoud verleden tijd van brabbelen.
- brabbelend — w. Onvoltooid deelwoord van brabbelen.
- brobbeltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord brobbel.
- kribbebijt — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kribbebijten. — w. Gebiedende wijs van kribbebijten. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kribbebijten.
- rubberboom — n. (Plantkunde) boom waaruit rubber getapt wordt.
- rubberboot — n. Boot van rubber met luchtkamers die zorgen voor het drijfvermogen.
- verbabbelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbabbelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbabbelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van verbabbelen.
Zie deze lijst voor:
| |