|
Lijst met woorden van 9 letters bevattend met •••• Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 15 woorden van negen letters bevattend met B, D, O en 2Tbedottend bedotters beethoudt betoeterd bloedtest bottelden bottelend broedt␣uit debetnota godbetert houdt␣beet ontbrandt stootband stortebed uitbroedt 25 definities gevonden- bedottend — w. Onvoltooid deelwoord van bedotten.
- bedotters — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bedotter.
- beethoudt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beethouden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beethouden.
- betoeterd — bijv. Gek, idioot.
- bloedtest — n. (Medisch) onderzoek van het bloed.
- bottelden — w. Meervoud verleden tijd van bottelen.
- bottelend — w. Onvoltooid deelwoord van bottelen.
- broedt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbroeden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbroeden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitbroeden.
- debetnota — n. Een op een factuur gelijkende verklaring van een vordering…
- godbetert — tuss. Een uitroep die afkeuring toont.
- houdt␣beet — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beethouden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beethouden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van beethouden.
- ontbrandt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontbranden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontbranden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van ontbranden.
- stootband — n. Rand die speciaal is gemaakt om botsingen op te vangen. — n. (Kleding) onderste deel van een lange jurk. — n. Een ovaalvormige betonnen obstakel dat meestal een infrastructurele…
- stortebed — n. (Waterbeheer) bodembescherming aan de uitstroomzijde van een…
- uitbroedt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbroeden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbroeden.
Zie deze lijst voor:
| |