|
Lijst met woorden van 10 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 23 woorden van tien letters bevattend met B, G, I, O, R en Taamborstig begroeting bestorming betongrijs betovering bezoargeit big␣brother Big␣Brother bigotterie biogroente biologeert boegspriet boestrings boortuigen boortuigje Buitenzorg gebruikt␣op grondbezit obligatoir ongebruikt opgebruikt subrogatie triomfboog 36 definities gevonden- aamborstig — bijv. Kortademig.
- begroeting — n. Het erkennen van elkaars aanwezigheid wanneer men elkaar ontmoet.
- bestorming — n. Aanval waarbij wordt stormgelopen.
- betongrijs — n. (RAL-kleur) een kleur grijs met RAL-nummer 7023. — bijv. (RAL-kleur) deze kleur hebbend, een kleur grijs, met RAL-nummer 7023.
- betovering — n. Een op magische wijze opgelegde verandering.
- bezoargeit — n. (Evenhoevigen) Capra aegagrus is de wilde voorouder van de…
- big␣brother — n. Personificatie van een dictatoriale, almachtige staat waar…
- Big␣Brother — eig. Fictieve staatsorganisatie in de roman 1984 van George Orwell. — eig. (Politiek) personificatie van de almachtige staat die alles… — eig. (Cultuur) TV-programma waarbij de deelnemers die ’opgesloten’…
- bigotterie — n. (Religie) het op een overdreven, onechte manier vroom zijn.
- biogroente — n. (Voeding) (landbouw) groente die op een ecologisch vriendelijke…
- biologeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van biologeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van biologeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van biologeren.
- boegspriet — n. (Scheepvaart) uitstekend rondhout aan de voorsteven van een zeilschip.
- boestrings — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord boestring.
- boortuigen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord boortuig.
- boortuigje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord boortuig.
- Buitenzorg — eig. (Toponiem) stad in Indonesië, op West-Java, 58 km ten zuiden…
- gebruikt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opgebruiken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opgebruiken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opgebruiken.
- grondbezit — n. (Economie) (juridisch) het in eigendom hebben van een stuk van de aarde. — n. De grond die men in eigendom heeft.
- obligatoir — bijv. Van iets dat het verplicht is; dat je eraan gebonden bent. — bijv. (Juridisch) verbintenisscheppend; soort overeenkomst dat…
- ongebruikt — bijv. Dat iets nog nooit gebruikt is en dus nog helemaal als nieuw… — bijv. Dat iets wat nuttig zou kunnen zijn niet benut wordt.
- opgebruikt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opgebruiken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opgebruiken. — w. Voltooid deelwoord van opgebruiken.
- subrogatie — n. (Juridisch) het treden in de rechten van een schuldeiser door…
- triomfboog — n. Een monumentale boog, oorspronkelijk uit de Romeinse tijd… — n. Boog tussen het schip en het priesterkoor in een rooms-katholieke kerk.
Zie deze lijst voor:
| |