|
Lijst met woorden van 10 letters bevattend met •••••• Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
U hebt de limiet van 7 letter bereikt. Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 21 woorden van tien letters bevattend met B, D, 2E, 2I en Tbegiftigde beitelde␣in benedictie bijgietend biocidetje bitterheid bloeide␣uit breidde␣uit breiden␣uit buitendien debitrices diabeticae digibeetje eerbiedigt inbeitelde inbijtende obediëntie uitbloeide uitbreidde uitbreiden uitgebreid 28 definities gevonden- begiftigde — w. Enkelvoud verleden tijd van begiftigen.
- beitelde␣in — w. Enkelvoud verleden tijd van inbeitelen.
- benedictie — n. (Religie) dankgebed. — n. (Religie) zegen uitgesproken door een rooms-katholieke priester.
- bijgietend — w. Onvoltooid deelwoord van bijgieten.
- biocidetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord biocide.
- bitterheid — n. De mate waarin iets een bittere smaak heeft. — n. De mate waarin een gebeurtenis of omstandigheid bittere gevoelens nalaat.
- bloeide␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitbloeien.
- breidde␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitbreiden.
- breiden␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitbreiden.
- buitendien — bijw. (Formeel) bovendien.
- debitrices — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord debitrice.
- diabeticae — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord diabetica.
- digibeetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord digibeet.
- eerbiedigt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van eerbiedigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van eerbiedigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van eerbiedigen.
- inbeitelde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van inbeitelen.
- inbijtende — w. Verbogen vorm van inbijtend, het onvoltooid deelwoord van inbijten.
- obediëntie — n. Gehoorzaamheid (van kloosterlingen).
- uitbloeide — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitbloeien.
- uitbreidde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitbreiden.
- uitbreiden — w. Overgankelijk iets een groter oppervlak laten innemen. — w. Wederkerend zich uitbreiden: zich over een groter deel verspreiden. — w. Toenemen in aantal.
- uitgebreid — bijv. Groot, ruim. — bijw. Veel, op grote schaal.
Zie deze lijst voor:
| |