|
Lijst met woorden van 12 letters bevattend met •••••• Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
U hebt de limiet van 7 letter bereikt. Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 19 woorden van twaalf letters bevattend met B, 2E, H, J, K en Rachterbakjes achterbankje beheersinkje bekvechterij berkenhoutje habbekratsje hangerblokje hartbreukjes herbekijkend herenbankjes heupbroekjes hitfabriekje hoekboortjes hoekerbuisje krabbehuisje opberghokjes rechtbankjes schijtebroek schipbreukje 22 definities gevonden- achterbakjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord achterbak.
- achterbankje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord achterbank.
- beheersinkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord beheersing.
- bekvechterij — n. Een ruzieachtig gesprek.
- berkenhoutje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord berkenhout. — n. Dim. tant. — n. Dim. tant.
- habbekratsje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord habbekrats.
- hangerblokje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord hangerblok.
- hartbreukjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord hartbreuk.
- herbekijkend — w. Onvoltooid deelwoord van herbekijken.
- herenbankjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord herenbank.
- heupbroekjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord heupbroek.
- hitfabriekje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord hitfabriek.
- hoekboortjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord hoekboor.
- hoekerbuisje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord hoekerbuis.
- krabbehuisje — n. Huisje (schaal) van de krab.
- opberghokjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord opberghok.
- rechtbankjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord rechtbank.
- schijtebroek — n. Een lafaard, iemand die niets durft, iemand die in de broek schijt van angst. — n. Lafaard, angsthaas, schijterd.
- schipbreukje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord schipbreuk.
| |