|
Lijst met woorden van 8 letters bevattend met •••• Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 16 woorden van acht letters bevattend met C, E, H, U en Vbevrucht chevreau gevlucht schuiven schuiver uitvecht vecht␣uit verschut verzucht vetzucht vluchter vluchtje vluchtte vouchers vruchten vruchtje 24 definities gevonden- bevrucht — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van bevruchten#gebiedende wijs van bevruchten.
- chevreau — n. Leer van een geit.
- gevlucht — bijv. Van een persoon of dier dat hij of zij ergens weggegaan… — n. (Molenaarsambacht) de wieken van een molen en daarbij behorende onderdelen. — n. (Molenaarsambacht) toerental van een molen.
- schuiven — w. Overgankelijk over de grond verplaatsen. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord schuif.
- schuiver — n. Iets of iemand dat of die schuift of waarmee men kan schuiven. — n. Iemand die (opium) ’schuift’ (een opiumschuiver). — n. (Sport) bal die vlak langs de grond schuift.
- uitvecht — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvechten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvechten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvechten.
- vecht␣uit — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvechten#gebiedende wijs van uitvechten.
- verschut — bijv. Beschut, beschermd.
- verzucht — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van verzuchten#gebiedende wijs van verzuchten.
- vetzucht — n. (Medisch) ziekelijke vetafzetting in menselijke weefsels.
- vluchter — n. Iemand die vlucht voor de politie. — n. (Wielrennen) fietser die voor het peloton uit rijdt tijdens een wegwedstrijd.
- vluchtje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vlucht.
- vluchtte — w. Enkelvoud verleden tijd van vluchten.
- vouchers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord voucher.
- vruchten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord vrucht.
- vruchtje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vrucht.
Zie deze lijst voor:
| |