|
Lijst met woorden van 10 letters bevattend met •••• Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 23 woorden van tien letters bevattend met D, H, 2N en Zbeunhazend chinezende danshuizen handenloze handlezend handzetten hazenpaden hazewinden heenzenden heenzonden hennepzaad hondsrozen Hondurezen landhuizen ochtendzon onthalzend pandhuizen schranzend tandhalzen wezenheden zenden␣heen zinnigheid zonden␣heen 25 definities gevonden- beunhazend — w. Onvoltooid deelwoord van beunhazen.
- chinezende — w. Verbogen vorm van chinezend, het onvoltooid deelwoord van chinezen.
- danshuizen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord danshuis.
- handenloze — bijv. Handenloze# verouderde spelling of vorm van handeloze tot 2006.
- handlezend — w. Onvoltooid deelwoord van handlezen.
- handzetten — w. Letterzetten met de hand.
- hazenpaden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord hazenpad.
- hazewinden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord hazewind.
- heenzenden — w. Iets of iemand wegsturen. — w. Iets of iemand met een duidelijk doel ergens naar toe sturen. — w. Verdachten en veroordeelden vroegtijdig vrijlaten.
- heenzonden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van heenzenden.
- hennepzaad — n. (Plantkunde) zaad van de hennepplant.
- hondsrozen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord hondsroos.
- Hondurezen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord Hondurees.
- landhuizen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord landhuis.
- ochtendzon — n. Zonneschijn vroeg in de morgen.
- onthalzend — w. Onvoltooid deelwoord van onthalzen.
- pandhuizen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord pandhuis.
- schranzend — w. Onvoltooid deelwoord van schranzen.
- tandhalzen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord tandhals.
- wezenheden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord wezenheid.
- zenden␣heen — w. Meervoud tegenwoordige tijd van heenzenden.
- zinnigheid — n. Nuttigheid, noodzakelijkheid, doordachtheid.
- zonden␣heen — w. Meervoud verleden tijd van heenzenden.
Zie deze lijst voor:
| |