|
Lijst met woorden van 8 letters bevattend met •••• Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 16 woorden van acht letters bevattend met D, J, R, T en Uautorijd bijdrukt deurtjes dreuntje drijf␣uit druiltje drukt␣bij duurtijd duwertje odeurtje oudertje rijd␣auto rijdt␣uit rusttijd uitdrijf uitrijdt 26 definities gevonden- autorijd — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van autorijden.
- bijdrukt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijdrukken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijdrukken.
- deurtjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord deur.
- dreuntje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord dreun.
- drijf␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdrijven. — w. Gebiedende wijs van uitdrijven. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdrijven.
- druiltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord druil.
- drukt␣bij — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijdrukken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijdrukken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van bijdrukken.
- duurtijd — n. De tijd dat iets duurt.
- duwertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord duwer.
- odeurtje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord odeur.
- oudertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord ouder.
- rijd␣auto — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van autorijden. — w. Gebiedende wijs van autorijden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van autorijden.
- rijdt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitrijden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitrijden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitrijden.
- rusttijd — n. De tijd dat men kan rusten en ook bedoeld is om te rusten.
- uitdrijf — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdrijven.
- uitrijdt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitrijden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitrijden.
Zie deze lijst voor:
| |