|
Lijst met woorden van 8 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 22 woorden van acht letters bevattend met D, N, 2O, R en Vbind␣voor bond␣voor dien␣voor doen␣over doen␣voor overdoen overdone overpond rondvoer roodvonk voer␣rond voorband voorbind voorbond voordien voordoen voorhand voorland voorpand voortand voorwend wend␣voor 39 definities gevonden- bind␣voor — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorbinden. — w. Gebiedende wijs van voorbinden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorbinden.
- bond␣voor — w. Enkelvoud verleden tijd van voorbinden.
- dien␣voor — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voordienen. — w. Gebiedende wijs van voordienen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voordienen.
- doen␣over — w. Meervoud tegenwoordige tijd van overdoen.
- doen␣voor — w. Meervoud tegenwoordige tijd van voordoen.
- overdoen — w. Overgankelijk opnieuw doen. — w. Overgankelijk verkopen. — w. Overgankelijk met een nieuwe laag verf bedekken.
- overdone — bijv. Overdreven; te veel van het goede.
- overpond — n. Pond extra boven het verwachte gewicht.
- rondvoer — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van rondvaren. — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rondvoeren.
- roodvonk — n. (Medisch) infectieziekte waarbij het lichaam met rode vlekken overdekt wordt.
- voer␣rond — w. Enkelvoud verleden tijd van rondvaren. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rondvoeren. — w. Gebiedende wijs van rondvoeren.
- voorband — n. Band aan het voorwiel van een voorwiel van een voertuig.
- voorbind — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorbinden.
- voorbond — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van voorbinden.
- voordien — bijw. Eerder, tevoren. — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voordienen.
- voordoen — w. Overgankelijk bij wijze van voorbeeld laten zien hoe iets gedaan… — w. Wederkerend zich ~: komen te gebeuren, zich aandienen. — w. Wederkerend zich ~ als: impersoneren, een bepaalde indentiteit voorwenden.
- voorhand — n. (Anatomie) het voorste gedeelte van een hand. — n. (Sport) een voorwaartse slag met bijv. een tennisracket. — n. (Paardrijden) het voorste gedeelte van een paard.
- voorland — n. (Waterbeheer) een in/aan zee gelegen stuk land. — n. Lotsbestemming, toekomst.
- voorpand — n. De voorkant van een kledingstuk.
- voortand — n. Snijtand.
- voorwend — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorwenden.
- wend␣voor — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorwenden. — w. Gebiedende wijs van voorwenden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorwenden.
Zie deze lijst voor:
| |