Lijst met woorden van 10 letters bevattend met •••••• Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
U hebt de limiet van 7 letter bereikt. Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 20 woorden van tien letters bevattend met D, E, 2I, 2T en Uauditietje diepten␣uit disputatie luciditeit middelt␣uit nuditeiten nuttigheid scheidt␣uit spreidt␣uit studietijd uitbijtend uitbuitend uitdiepten uitgietend uitmiddelt uitscheidt uitspreidt uittikkend uittreding uitzittend 32 definities gevonden- auditietje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord auditie.
- diepten␣uit — w. Meervoud verleden tijd van uitdiepen.
- disputatie — n. Wetenschappelijke discussie.
- luciditeit — n. (Vermeende) klaarheid van geest.
- middelt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitmiddelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitmiddelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitmiddelen.
- nuditeiten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord nuditeit.
- nuttigheid — n. Nut.
- scheidt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitscheiden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitscheiden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitscheiden.
- spreidt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitspreiden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitspreiden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitspreiden.
- studietijd — n. De tijd in iemands leven dat men studeert. — n. De tijd die een normstudent nodig heeft voor een opleidingsprogramma…
- uitbijtend — w. Onvoltooid deelwoord van uitbijten.
- uitbuitend — w. Onvoltooid deelwoord van uitbuiten.
- uitdiepten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van uitdiepen.
- uitgietend — w. Onvoltooid deelwoord van uitgieten.
- uitmiddelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitmiddelen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitmiddelen.
- uitscheidt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitscheiden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitscheiden.
- uitspreidt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitspreiden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitspreiden.
- uittikkend — w. Onvoltooid deelwoord van uittikken.
- uittreding — n. Het ergens uitstappen of uittreden / het opzeggen van je lidmaatschap. — n. Met pensioen gaan. — n. Parapsychologie: het buiten het eigen lichaam gaan.
- uitzittend — w. Onvoltooid deelwoord van uitzitten.
Zie deze lijst voor:
|