|
Lijst met woorden van 11 letters bevattend met •••••• Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
U hebt de limiet van 7 letter bereikt. Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 20 woorden van elf letters bevattend met D, E, 2O, P, S en Vdoopvontjes opvoedsters overpondjes overspoelde promovendus spanden␣voor speelde␣voor speldde␣voor spelden␣voor spoedt␣voort vesperbrood volstoppend voorpandjes voorspanden voorspeelde voorspeldde voorspelden voorspelend voorspoedig voortspoedt 26 definities gevonden- doopvontjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord doopvont.
- opvoedsters — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord opvoedster.
- overpondjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord overpond.
- overspoelde — w. Enkelvoud verleden tijd van overspoelen.
- promovendus — n. (Beroep) is iemand die door het zelfstandig beoefenen van wetenschappelijk…
- spanden␣voor — w. Meervoud verleden tijd van voorspannen.
- speelde␣voor — w. Enkelvoud verleden tijd van voorspelen.
- speldde␣voor — w. Enkelvoud verleden tijd van voorspelden.
- spelden␣voor — w. Meervoud tegenwoordige tijd van voorspelden. — w. Meervoud verleden tijd van voorspellen.
- spoedt␣voort — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voortspoeden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voortspoeden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van voortspoeden.
- vesperbrood — n. Avondbrood, avondmaal.
- volstoppend — w. Onvoltooid deelwoord van volstoppen.
- voorpandjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord voorpand.
- voorspanden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van voorspannen.
- voorspeelde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van voorspelen.
- voorspeldde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van voorspelden.
- voorspelden — w. Overgankelijk voor lichaam of borst met spelden vastmaken. — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van voorspellen. — w. Meervoud verleden tijd van voorspellen.
- voorspelend — w. Onvoltooid deelwoord van voorspelen.
- voorspoedig — bijv. Dat iets goed en snel gaat.
- voortspoedt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voortspoeden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voortspoeden.
Zie deze lijst voor:
| |