|
Lijst met woorden van 5 letters bevattend met ••• Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 24 woorden van vijf letters bevattend met E, I, K en SEriks hikes ikjes Imkes Kensi kiest kine's kiste kites kleis knies likes Mikes Nieks piske Sierk sikje sjeik sjiek skiën skiër skiet spiek spike 37 definities gevonden- Eriks — eig. Genitief van Erik.
- hikes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord hike.
- ikjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord ik.
- Imkes — eig. Genitief van Imke.
- Kensi — eig. (Vrouwelijke naam) meisjesnaam.
- kiest — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kiezen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kiezen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van kiezen.
- kine's — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kine.
- kiste — w. Enkelvoud verleden tijd van kissen.
- kites — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kite.
- kleis — n. (Jiddisch-Hebreeuws) (voeding) vleesballetje, deegbal, matsebal. — n. (Jiddisch-Hebreeuws) iemand die futloos of onbenullig is.
- knies — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kniezen. — w. Gebiedende wijs van kniezen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kniezen.
- likes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord like.
- Mikes — eig. Genitief van Mike.
- Nieks — eig. Genitief van Niek.
- piske — n. Lett. plasje; een onbeduidende, gemakkelijke zaak.
- Sierk — eig. (Mannelijke naam) jongensnaam.
- sikje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord sik.
- sjeik — n. Arabisch koning, vorst, hoofdman of stamopperhoofd. — n. Iemand met veel aanzien in de islamitische wereld zowel op…
- sjiek — n. Pruim, tabakspruim.
- skiën — w. Inergatief, (sport) zich over sneeuw voortbewegen op twee aan… — w. Ergatief, (sport) zich over sneeuw ergens heen bewegen op twee…
- skiër — n. Een mannelijk iemand die aan skiën doet.
- skiet — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van skiën. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van skiën. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van skiën.
- spiek — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van spieken. — w. Gebiedende wijs van spieken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van spieken.
- spike — n. (Sport) (atletiek) een van de harde punten, bevestigd onder… — n. (Sport) (atletiek) sportschoen met metalen punten onder de zool. — n. (Sport) (nordic walking) punt onderaan de wandelstok.
Zie deze lijst voor:
| |