|
Lijst met woorden van 7 letters bevattend met •••• Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 22 woorden van zeven letters bevattend met E, G, I, L en Zgijzelf gijzelt griezel gruizel inzwelg kielzog vezelig vliezig wegzeil zaligde zaligen zaliger zavelig zegslui zeildag zeil␣weg zelling zemelig zesling zijloge zwelg␣in zwingel 37 definities gevonden- gijzelf — voorn. Tweede persoon enkelvoud (alleen gebruikt voor de nominatief)…
- gijzelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gijzelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gijzelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van gijzelen.
- griezel — n. Een wezen dat angst en walging oproept. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van griezelen. — w. Gebiedende wijs van griezelen.
- gruizel — n. Een klein brokje. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gruizelen. — w. Gebiedende wijs van gruizelen.
- inzwelg — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzwelgen.
- kielzog — n. De waterstromen die een varend schip achterlaat, kielwater.
- vezelig — bijv. Opgebouwd zijnd uit draden.
- vliezig — bijv. Lijkend op vliezen; met vliezen.
- wegzeil — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegzeilen.
- zaligde — w. Enkelvoud verleden tijd van zaligen.
- zaligen — w. (Religie) rechtvaardigen tegenover God. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zalige.
- zaliger — bijv. Genitief v achtergeplaatst: wijlen, overleden.
- zavelig — bijv. (Geologie) op zavel gelijkend, zanderig.
- zegslui — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zegsman.
- zeildag — n. Een dag dat men (uit)zeilt. — n. De dag dat men uitzeilt.
- zeil␣weg — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegzeilen. — w. Gebiedende wijs van wegzeilen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegzeilen.
- zelling — n. Ondiepe plek aan de oever van een rivier waar zich slib afzet.
- zemelig — bijv. (Pejoratief) vervelend, zeurderig, klagend, zanikend. — bijv. Met zemelen.
- zesling — n. Zes uit één zwangerschap of dracht geboren kinderen of jongen.
- zijloge — n. Plaatsen in de zijkant van de zaal of de zijbalkons van een…
- zwelg␣in — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzwelgen. — w. Gebiedende wijs van inzwelgen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzwelgen.
- zwingel — n. (Vlasbewerking) breede, houten spaan met aangescherpten snijkant… — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwingelen. — w. Gebiedende wijs van zwingelen.
Zie deze lijst voor:
| |