Lijst met woorden van 10 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 21 woorden van tien letters bevattend met E, H, I en 3Tbetichtten dichtte␣toe dichttrekt fietstocht herfsttint Hettitisch hittepetit hittetipje lichtte␣toe lichtte␣uit richtte␣uit schiettent stichtster tachtigste toedichtte toelichtte trekt␣dicht uitlichtte uitrichtte uittochten uittochtje 25 definities gevonden- betichtten — w. Meervoud verleden tijd van betichten.
- dichtte␣toe — w. Enkelvoud verleden tijd van toedichten.
- dichttrekt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichttrekken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichttrekken.
- fietstocht — n. Een tocht gemaakt op de fiets.
- herfsttint — n. (Plantkunde) de bruine, gele en rode kleuren van de bladeren in de hertst.
- Hettitisch — n. (Taal) een dode taal die in het huidige Turkije werd gesproken…
- hittepetit — n. Bedrijvig (vrouws)persoontje.
- hittetipje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord hittetip.
- lichtte␣toe — w. Enkelvoud verleden tijd van toelichten.
- lichtte␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitlichten.
- richtte␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitrichten.
- schiettent — n. Kermisattractie waarbij men een prijsje kan winnen door te…
- stichtster — n. Vrouw die sticht.
- tachtigste — num. Nummer tachtig in een rij. — num. Gedeeld door tachtig.
- toedichtte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van toedichten.
- toelichtte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van toelichten.
- trekt␣dicht — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichttrekken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichttrekken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van dichttrekken.
- uitlichtte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitlichten.
- uitrichtte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitrichten.
- uittochten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord uittocht.
- uittochtje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord uittocht.
Zie deze lijst voor:
|