|
Lijst met woorden van 7 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 19 woorden van zeven letters bevattend met 2E, G, L, N en Reerlang garelen geleren grendel grielen inregel lageren lag␣neer legeren leg␣neer lig␣neer logeren neerlag neerleg neerlig regalen regelen regel␣in verleng 33 definities gevonden- eerlang — bijw. (Formeel) binnenkort.
- garelen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord gareel.
- geleren — w. Het stevig worden van vloeistoffen (opstijven) tot een gelei (na afkoeling).
- grendel — n. Een voorwerp, meest in de vorm van een metalen staaf, die de… — n. Deel van een geweer waarmee men het geweer sluit zodat de patronen… — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grendelen.
- grielen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord griel.
- inregel — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inregelen.
- lageren — w. Aanbrengen van lagers zodat een wiel soepeler loopt. — w. In vaten te rijpen leggen van bepaalde etens- of drinkwaren.
- lag␣neer — w. Enkelvoud verleden tijd van neerliggen.
- legeren — w. Overgankelijk een leger inkwartieren. — w. Overgankelijk verschillende metalen tot een verbinding samensmelten.
- leg␣neer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerleggen. — w. Gebiedende wijs van neerleggen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerleggen.
- lig␣neer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerliggen. — w. Gebiedende wijs van neerliggen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerliggen.
- logeren — w. Overgankelijk (iemand) in huis opnemen, herbergen. — w. Inergatief (bij iemand) blijven slapen.
- neerlag — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van neerliggen.
- neerleg — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerleggen.
- neerlig — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerliggen.
- regalen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord regaal.
- regelen — w. Zorgen dat een gewenste effect bereikt wordt. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord regel.
- regel␣in — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inregelen. — w. Gebiedende wijs van inregelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inregelen.
- verleng — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verlengen. — w. Gebiedende wijs van verlengen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verlengen.
Zie deze lijst voor:
| |