Lijst met woorden van 8 letters bevattend met •••••

  Snelle modus

Klik om een zevende letter toe te voegen

Klik om een letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  6  7  8  9  10  11  12  13  14  15  16  17  18  19  20  21

Er zijn 25 woorden van acht letters bevattend met E, F, L, S, T en U

afbluste  afsleurt  bluste␣af  defaults  flatteus  flatusje  flauwtes  fluister  fluiters  fluitjes  fluitles  fluovest  frutsels  frutselt  f-sleutel  futselde  futselen  leesfout  sleurt␣af  slufters  snuffelt  spelfout  sulfaten  truffels  tuitfles

35 definities gevonden

• afbluste — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afblussen.
• afsleurt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsleuren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsleuren.
• bluste␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afblussen.
• defaults — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord default.
• flatteus — bijv. Het uiterlijk gunstig beïnvloedend. — bijv. Vleiend.
• flatusje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord flatus.
• flauwtes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord flauwte.
• fluister — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fluisteren. — w. Gebiedende wijs van fluisteren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fluisteren.
• fluiters — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord fluiter.
• fluitjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord fluit.
• fluitles — n. Een les waarin men leert muziek te maken met een fluit.
• fluovest — n. (Kleding) een vest gemaakt van een felle, fluorescerende stof.
• frutsels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord frutsel.
• frutselt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van frutselen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van frutselen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van frutselen.
• f-sleutel — n. (Muziek) één van drie, bij de voortekening van een notenbalk…
• futselde — w. Enkelvoud verleden tijd van futselen.
• futselen — w. Met de handen aan iets heel kleins werken vaak op een niet al te nette wijze.
• leesfout — n. Fout bij het lezen.
• sleurt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsleuren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsleuren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afsleuren.
• slufters — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord slufter.
• snuffelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snuffelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snuffelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van snuffelen.
• spelfout — n. (Taal) een fout in de spelling, de schrijfwijze van een woord.
• sulfaten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord sulfaat.
• truffels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord truffel.
• tuitfles — n. Een hoge beker of fles met een deksel met een tuitje waaruit…

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 108 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 86 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: 27 woorden
• Italiaans WikiWoordenboek: 4 woorden
• Duits WikiWoordenboek: 142 woorden
• Portugees WikiWoordenboek: 3 woorden

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.