Lijst met woorden van 9 letters bevattend met •••••

  Snelle modus

Klik om een zevende letter toe te voegen

Klik om een letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  9  10  11  12  13  14  15  16  17  18  19  20  21

Er zijn 25 woorden van negen letters bevattend met E, I, O, T en 2U

bouwde␣uit  bouwen␣uit  buitenhou  couturier  hou␣buiten  houden␣uit  houwen␣uit  jouwde␣uit  jouwen␣uit  luitouwen  routineus  tuiertouw  tuitouwen  turquoise  uitbouwde  uitbouwen  uithouden  uithouder  uithouwen  uitjouwde  uitjouwen  uitvouwde  uitvouwen  vouwde␣uit  vouwen␣uit

33 definities gevonden

• bouwde␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitbouwen.
• bouwen␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitbouwen.
• buitenhou — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitenhouden.
• couturier — n. Modeontwerper, ontwerper en maker van modieuze kledij.
• hou␣buiten — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitenhouden. — w. Gebiedende wijs van buitenhouden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitenhouden.
• houden␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uithouden.
• houwen␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uithouwen.
• jouwde␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitjouwen.
• jouwen␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitjouwen.
• luitouwen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord luitouw.
• routineus — bijv. Zonder inspanning of toewijding, vanuit routine, geroutineerd.
• tuiertouw — n. Dun touw of dunne kabel die iets op zijn plaats houdt. — n. Dun touw van een tuiertakel.
• tuitouwen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord tuitouw.
• turquoise — n. (Kleur) kleur van het mineraal turkoois, een blauwgroene kleur. — bijv. (Kleur) blauwgroene kleur.
• uitbouwde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitbouwen.
• uitbouwen — w. Een bestaand gebouw groter maken door er iets aan te bouwen. — w. (Figuurlijk) een organisatie of denkbeeld verder uitbreiden. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord uitbouw.
• uithouden — w. Absoluut het ~ langdurig moeilijkheden verdragen of belasting dragen. — w. Weghouden van iets.
• uithouder — n. Voorwerp om iets ergens weg van te houden. — n. Iemand die kan uithouden (volhouden).
• uithouwen — w. Overgankelijk uit steen uithakken.
• uitjouwde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitjouwen.
• uitjouwen — w. Overgankelijk honend toeroepen.
• uitvouwde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitvouwen.
• uitvouwen — w. Overgankelijk openvouwen.
• vouwde␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitvouwen.
• vouwen␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitvouwen.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 26 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 93 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: 6 woorden
• Italiaans WikiWoordenboek: 2 woorden
• Duits WikiWoordenboek: 2 woorden
• Portugees WikiWoordenboek: 8 woorden

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.