|
Lijst met woorden van 10 letters bevattend met •••••• Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
U hebt de limiet van 7 letter bereikt. Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 20 woorden van tien letters bevattend met E, L, 2M, O, R en Taanrommelt grommelpot immortelle lijmmortel lotnummers molhamster mormeltjes motelkamer optrommelt rommelkast rommelt␣aan rommeltjes telecommer trommelaar trommelden trommelend trommelrem trommeltje trommelt␣op trommelvel 26 definities gevonden- aanrommelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanrommelen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanrommelen.
- grommelpot — n. Een persoon die vaak boos en ontevreden is.
- immortelle — n. (Plantkunde) Helichrysum strobloem.
- lijmmortel — n. (Techniek) een mortel bestaande uit zandcement (heel fijn…
- lotnummers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord lotnummer.
- molhamster — n. (Knaagdieren) Myospalax myospalax knaagdier uit de familie…
- mormeltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord mormel.
- motelkamer — n. Gastenkamer in een motel die vaak een eigen ingang heeft naar parkeerplaats.
- optrommelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optrommelen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optrommelen.
- rommelkast — n. Een kast waarin veel waardeloze spullen staan.
- rommelt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanrommelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanrommelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanrommelen.
- rommeltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord rommel.
- telecommer — n. (Telecommunicatie) telecombedrijf.
- trommelaar — n. Iemand die een trommel bespeelt, trommelslager, tamboer.
- trommelden — w. Meervoud verleden tijd van trommelen.
- trommelend — w. Onvoltooid deelwoord van trommelen.
- trommelrem — n. (Techniek) een rem die door wrijving van halfcirkelvormige…
- trommeltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord trommel.
- trommelt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optrommelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optrommelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van optrommelen.
- trommelvel — n. Het strakgespannen vel van een trommel dat geluid maakt als…
Zie deze lijst voor:
| |