|
Lijst met woorden van 9 letters bevattend met •••••• Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
U hebt de limiet van 7 letter bereikt. Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 25 woorden van negen letters bevattend met E, 2I, L, 2T en Ubeitel␣uit bloeit␣uit dualiteit fluitiste gloeit␣uit ijdeltuit lieten␣uit liet␣thuis luitisten luitistje mutilatie nulliteit sliept␣uit Tetun␣Dili thuisliet uitbeitel uitbloeit uitgloeit uitlieten uitsliept uitvliegt uitvloeit utiliteit vliegt␣uit vloeit␣uit 47 definities gevonden- beitel␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbeitelen. — w. Gebiedende wijs van uitbeitelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbeitelen.
- bloeit␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbloeien. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbloeien. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitbloeien.
- dualiteit — n. Het duaal zijn, de tweeslachtigheid.
- fluitiste — n. (Beroep) Een fluitspeelster.
- gloeit␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitgloeien. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitgloeien. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitgloeien.
- ijdeltuit — n. (Pejoratief) iemand met te veel aandacht en waardering voor… — n. (Pejoratief) (figuurlijk) iemand met overdreven aandacht en…
- lieten␣uit — w. Meervoud verleden tijd van uitlaten.
- liet␣thuis — w. Enkelvoud verleden tijd van thuislaten.
- luitisten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord luitist.
- luitistje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord luitist.
- mutilatie — n. Het mutileren, de verminking.
- nulliteit — n. Iets dat geen waarde of belang heeft; iemand zonder waarde. — n. (Wiskunde) (van een lineaire afbeelding of matrix) de dimensie…
- sliept␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsliepen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsliepen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitsliepen.
- Tetun␣Dili — n. (Taal) Austronesische taal uit de Centraal-Oostelijke tak…
- thuisliet — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van thuislaten.
- uitbeitel — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbeitelen.
- uitbloeit — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbloeien. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbloeien.
- uitgloeit — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitgloeien. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitgloeien.
- uitlieten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van uitlaten.
- uitsliept — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsliepen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsliepen.
- uitvliegt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvliegen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvliegen.
- uitvloeit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvloeien. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvloeien. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitvloeien.
- utiliteit — n. De mate waarin iets bruikbaar is. — n. Een toestel dat zijn nut bewijst. — n. Een organisatie die een nuttige dienst levert, zoals stroom of water.
- vliegt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvliegen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvliegen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitvliegen.
- vloeit␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvloeien. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvloeien. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitvloeien.
Zie deze lijst voor:
| |