|
Lijst met woorden van 10 letters bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 23 woorden van tien letters bevattend met F, 2I, L, T en Uafsluiting blijf␣thuis fietskluis filibuster filmstudio flauwiteit flibustier fluister␣in fluiten␣uit fluitisten fluitistes fluitistje fluitschip fluviatiel fruitvlieg futiliteit influentie influister loftuiting ruisfilter sluitfluit thuisblijf uitfluiten 33 definities gevonden- afsluiting — n. Iets afsluiten. — n. Beëindiging, einde. — n. Een voorwerp dat ervoor zorgt dat iets afgesloten wordt.
- blijf␣thuis — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuisblijven. — w. Gebiedende wijs van thuisblijven. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuisblijven.
- fietskluis — n. Afsluitbare bergruimte, waarin (tegen betaling) een fiets kan worden gestald.
- filibuster — n. Vrijbuiter. — n. Langdurige toespraak als vertragingstactiek. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van filibusteren.
- filmstudio — n. (Media) een ruimte die ingericht is om films te maken.
- flauwiteit — n. Iets flauws, pietluttigs of onbenulligs. — n. Een flauwe grap.
- flibustier — n. (Scheepvaart) (geschiedenis) piraat, vaak van Franse herkomst…
- fluister␣in — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van influisteren. — w. Gebiedende wijs van influisteren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van influisteren.
- fluiten␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitfluiten.
- fluitisten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord fluitist.
- fluitistes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord fluitiste.
- fluitistje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord fluitist.
- fluitschip — n. Een Hollands scheepstype uit de de 17e en 18e eeuw.
- fluviatiel — bijv. Op rivieren betrekking hebbend, rivier-.
- fruitvlieg — n. (Insecten) Drosophila melanogaster ; een tweevleugelig insect…
- futiliteit — n. Kleinigheid, iets onbelangrijks.
- influentie — n. Invloed. — n. (Natuurkunde) de eigenschap dat een elektrisch geladen lichaam…
- influister — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van influisteren.
- loftuiting — n. Een lovende opmerking.
- ruisfilter — n. (Elektronica) filter om ruis weg te nemen.
- sluitfluit — n. (Spoorwegen) het signaal dat in sommige treinen bij alle deuren…
- thuisblijf — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuisblijven.
- uitfluiten — w. Overgankelijk door luid fluiten misnoegen jegens iemand uiten.
Zie deze lijst voor:
| |