Lijst met woorden van 11 letters bevattend met ••••••

  Snelle modus

Klik om een achtste letter toe te voegen

U hebt de limiet van 7 letter bereikt.

Klik om een letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  9  10  11  12  13  14  15  16  17  18  19  20  21

Er zijn 21 woorden van elf letters bevattend met G, 2N, P, R, S en T

grensposten  grenspunten  grenspuntje  kunstgrepen  nutsgroepen  ontspringen  ontsprongen  opbrengsten  openspringt  paragnosten  plensregent  rondspringt  splitringen  springen␣uit  springtijen  springt␣open  springt␣rond  sprongen␣uit  stagspanner  uitspringen  uitsprongen

32 definities gevonden

• grensposten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord grenspost.
• grenspunten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord grenspunt.
• grenspuntje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord grenspunt.
• kunstgrepen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kunstgreep.
• nutsgroepen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord nutsgroep.
• ontspringen — w. Ergatief ontstaan op een bepaalde plek. — w. Ergatief uitlopen, uitbotten. — w. Ergatief ~ + oorzakelijk voorwerp ontkomen aan iets.
• ontsprongen — w. Meervoud verleden tijd van ontspringen. — w. Voltooid deelwoord van ontspringen.
• opbrengsten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord opbrengst.
• openspringt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openspringen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openspringen.
• paragnosten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord paragnost.
• plensregent — w. Onpersoonlijke tegenwoordige tijd van plensregenen.
• rondspringt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rondspringen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rondspringen.
• splitringen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord splitring.
• springen␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitspringen.
• springtijen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord springtij.
• springt␣open — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openspringen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openspringen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van openspringen.
• springt␣rond — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rondspringen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rondspringen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van rondspringen.
• sprongen␣uit — w. Meervoud verleden tijd van uitspringen.
• stagspanner — n. (Scheepvaart) een spanner waarmee een stag van een mast op…
• uitspringen — w. Absoluut naar buiten, vooruitsteken. — w. Ergatief met een sprong naar buiten gaan.
• uitsprongen — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van uitspringen. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord uitsprong.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 68 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 33 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: 12 woorden
• Italiaans WikiWoordenboek: 8 woorden
• Duits WikiWoordenboek: 50 woorden
• Portugees WikiWoordenboek: 1 woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.