|
Lijst met woorden van 6 letters bevattend met ••• Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 23 woorden van zes letters bevattend met H, 2O en Rafhoor behoor chloor chloro- chromo chromo- chrono chrono- chroom -chroom -chroon cohort gehoor hooier hoor␣af hoorde hoorns hoor␣op hormon horror ophoor schoor tohora 40 definities gevonden- afhoor — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhoren.
- behoor — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van behoren. — w. Gebiedende wijs van behoren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van behoren.
- chloor — n. (Scheikunde), (element) scheikundig element met symbool Cl… — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van chloren. — w. Gebiedende wijs van chloren.
- chloro- — (Scheikunde) van het Griekse ’chlōros’ groen, vaak voor de benaming…
- chromo — n. Kleurenlithografie. — n. Papier geschikt voor kleurenlithografie.
- chromo- — Ter vorming van woorden die op kleur betrekking hebben.
- chrono — n. Uurwerk dat precies laat zien hoeveel tijd tussen aan- en uitzetten… — n. (Sport) tijdsduur waarin een bepaalde prestatie is geleverd. — n. (Wielrennen) wedstrijd waarbij deelnemers afzonderlijk na elkaar…
- chrono- — Van het Griekse Χρόνος ’chronos’ (tijd) ter vorming van woorden…
- chroom — n. (Scheikunde), (element) scheikundig element met symbool Cr…
- -chroom — Ter vorming van woorden afgeleid van het Griekse ’chrōma’ (huid…
- -chroon — Voor het vormen van woorden die betrekking hebben op de tijd.
- cohort — n. Oude Romeinse legereenheid van 600 man, verdeeld in een aantal centuries. — n. (Statistiek) groep.
- gehoor — n. Het systeem om te horen. — n. Publiek bij een uitvoering.
- hooier — n. Iemand die hooien als beroep heeft.
- hoor␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhoren. — w. Gebiedende wijs van afhoren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhoren.
- hoorde — w. Enkelvoud verleden tijd van horen.
- hoorns — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord hoorn.
- hoor␣op — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ophoren. — w. Gebiedende wijs van ophoren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ophoren.
- hormon — n. (Biochemie), (biologie), (medisch) een stof die door een endocriene…
- horror — n. (Filmkunst), (letterkunde) genre waarin angstaanjagende verhalen… — n. (Psychologie) afkeer van iets angstaanjagends, hevige schrikreactie. — n. Iets wat door zijn huiveringwekkendheid afkeer oproept.
- ophoor — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ophoren.
- schoor — n. Een steunbalk die onder of tegen iets geplaatst is. — w. Enkelvoud verleden tijd van scheren. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schoren.
- tohora — n. (Jiddisch-Hebreeuws) rituele reinheid.
Zie deze lijst voor:
| |