|
Lijst met woorden van 7 letters bevattend met •••• Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 22 woorden van zeven letters bevattend met I, 2N, P en Tinplant inponst inprent inspant inspint intapen intypen knipten minpunt ontspin pinkten plant␣in plinten ponst␣in prent␣in printen punnikt spant␣in spinten spint␣in tapen␣in typen␣in 41 definities gevonden- inplant — n. Jonge aanplant. — n. Implantatie. — n. Manier waarop iets geplaatst is.
- inponst — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inponsen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inponsen.
- inprent — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inprenten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inprenten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inprenten.
- inspant — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inspannen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inspannen.
- inspint — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inspinnen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inspinnen.
- intapen — w. (Medisch) overgankelijk met tape omwikkelen.
- intypen — w. (Informatica) gegevens via een toetsenbord in de computer invoeren.
- knipten — w. Meervoud verleden tijd van knippen.
- minpunt — n. Negatief aspect, nadeel.
- ontspin — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontspinnen. — w. Gebiedende wijs van ontspinnen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontspinnen.
- pinkten — w. Meervoud verleden tijd van pinken.
- plant␣in — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van inplanten#gebiedende wijs van inplanten. — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inplannen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inplannen.
- plinten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord plint.
- ponst␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inponsen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inponsen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inponsen.
- prent␣in — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van inprenten#gebiedende wijs van inprenten.
- printen — w. Het vanaf de computer op papier afdrukken met een printer.
- punnikt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van punniken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van punniken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van punniken.
- spant␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inspannen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inspannen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inspannen.
- spinten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord spint.
- spint␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inspinnen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inspinnen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inspinnen.
- tapen␣in — w. Meervoud tegenwoordige tijd van intapen.
- typen␣in — w. Meervoud tegenwoordige tijd van intypen.
Zie deze lijst voor:
| |