Lijst met woorden van 7 letters bevattend met ••• Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 25 woorden van zeven letters bevattend met J, 2K en Tafkijkt bekijkt inkijkt jakkert kajakte Katwijk kijkgat kijkhut kijkt␣af kijkt␣in kijkt␣na kijk␣toe kijkt␣om kijkt␣op kijkt␣tv kijkuit kijk␣uit nakijkt omkijkt opkijkt tjekken tjokken toekijk tv-kijkt uitkijk 56 definities gevonden- afkijkt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkijken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkijken.
- bekijkt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekijken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekijken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van bekijken.
- inkijkt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkijken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkijken.
- jakkert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van jakkeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van jakkeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van jakkeren.
- kajakte — w. Enkelvoud verleden tijd van kajakken.
- Katwijk — eig. (Toponiem) gemeente in Zuid-Holland, aan de kust Bestaat… — eig. (Toponiem) dorp in Noord-Brabant. — eig. (Toponiem) dorp in Suriname.
- kijkgat — n. Opening waardoor men (stiekem) kan kijken.
- kijkhut — n. Een klein gebouw van waaruit men wilde dieren kan waarnemen.
- kijkt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkijken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkijken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afkijken.
- kijkt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkijken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkijken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inkijken.
- kijkt␣na — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nakijken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nakijken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van nakijken.
- kijk␣toe — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toekijken. — w. Gebiedende wijs van toekijken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toekijken.
- kijkt␣om — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkijken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkijken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van omkijken.
- kijkt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opkijken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opkijken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opkijken.
- kijkt␣tv — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tv-kijken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tv-kijken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van tv-kijken.
- kijkuit — n. Uitkijk.
- kijk␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkijken. — w. Gebiedende wijs van uitkijken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkijken.
- nakijkt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nakijken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nakijken.
- omkijkt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkijken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkijken.
- opkijkt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opkijken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opkijken.
- tjekken — w. Bij voortduring aandachtig zijn; goed kijken of iets wel klopt.
- tjokken — w. Langzaam stampend voortgaan. — w. Matjok spelen. — w. Het zingen van een vrouwtjesvink.
- toekijk — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toekijken.
- tv-kijkt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tv-kijken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tv-kijken.
- uitkijk — n. Plek waarvan men uitkijkt. — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkijken.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 1 woord
- Frans WikiWoordenboek: 3 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: 1 woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: 1 woord
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
|