|
Lijst met woorden van 4 letters bevattend met • Snelle modus Klik om een derde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 24 woorden van vier letters bevattend met L en Zalzo ezel Liza Lozi zaal zalf zalm zeel zeil zelf zeul ziel zijl zilt zmlk zoal zoel zool zuil zulk zult Zulu zwel zwol 49 definities gevonden- alzo — bijw. (Verouderd) op deze manier, in deze vorm (plechtig, met nadruk). — bijw. (Verouderd) om deze reden, in deze situatie. — voeg. (Verouderd) op een manier als.
- ezel — n. (Onevenhoevigen) bepaald paardachtig zoogdier, Equus asinus… — n. (Scheldwoord) domkop. — n. (Gereedschap) (schilderkunst) steunmeubel, schildersezel.
- Liza — eig. (Verkorting) een uit het Antiek Grieks vertaalde, oorspronkelijk…
- Lozi — n. (Taal) Bantoetaal gesproken door 725 duizend mensen in Zambia…
- zaal — n. (Bouwkunde) een grote ruimte in een gebouw. — n. Het publiek in een grote ruimte.
- zalf — n. (Farmacologie) smeerbare massa om op de huid aan te brengen… — n. Welriekend olieachtig smeersel, gebruikt bij plechtigheden. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zalven.
- zalm — n. (Vissen) benaming voor een aantal vissoorten uit de familie… — n. (Voeding) spierweefsel afkomstig van vissoorten uit de familie Salmonidae. — n. (Kleur) zachtrode kleur, als die van zalmen.
- zeel — n. Sterke brede band waarmee men iets voorttrekt of vastbindt. Arch. (1811)
- zeil — n. (Scheepvaart) doek dat in een mast gehesen is om wind te vangen… — n. (Scheepvaart) het geheel van alle zeilen van een schip. — n. Vloerbedekking met een onderlaag van weefsel (jute) en een…
- zelf — voorn. In eigen persoon, niet een ander. — voorn. In tegenstelling met iets anders. — n. Eigen persoon (vaak gebruikt als eerste deel van een samenstelling…
- zeul — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zeulen. — w. Gebiedende wijs van zeulen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zeulen.
- ziel — n. Het wezen van het niet-stoffelijke van de mens.
- zijl — n. (Waterbeheer) sluis ter afwatering aangebracht in een dijk.
- zilt — bijv. Met een relatief hoog zoutpercentage.
- zmlk — n. (Onderwijs) vorm van onderricht speciaal bedoeld voor kinderen…
- zoal — bijw. Nodigt uit een beknopt overzicht te geven.
- zoel — bijv. Aangenaam warm. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zoelen. — w. Gebiedende wijs van zoelen.
- zool — n. Onderkant van de voet. — n. Onderkant van schoeisel of kous. — n. (Gereedschap) de vlakke onderzijde van een schaaf, strijkijzer etc.
- zuil — n. (Bouwkunde) vrijstaand dragend bouwkundig object met grote… — n. Groep mensen die binnen een samenleving verenigd zijn door…
- zulk — voorn. Zodanig, dit soort: bij ontelbare begrippen en meervouden. — voorn. ~ een bij telbare enkelvouden: zodanige.
- zult — n. (Voeding) een van de kop van het varken vervaardigd gerecht… — w. Tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd van zullen. — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van zulten#gebiedende wijs van zulten.
- Zulu — eig. (Spellingsalfabet) spelwoord van het ITU/NAVO-spellingalfabet…
- zwel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwellen. — w. Gebiedende wijs van zwellen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwellen.
- zwol — w. Enkelvoud verleden tijd van zwellen.
Zie deze lijst voor:
| |