|
Lijst met woorden van 6 letters bevattend met ••• Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 23 woorden van zes letters bevattend met L, O, P en Rdorpel koprol krul␣op lier␣op lopers oorlap opkrul oplier oprolt parool ploert polair polder poleer polier poller pooler portal portel rolaap rolt␣op sloper slorpt 50 definities gevonden- dorpel — n. (Bouwkunde) het horizontale gedeelte van een kozijn tussen… — n. (Limburg) verkeersdrempel.
- koprol — n. Een gymnastische beweging waarbij men vanuit een gehurkte positie… — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van koprollen. — w. Gebiedende wijs van koprollen.
- krul␣op — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opkrullen. — w. Gebiedende wijs van opkrullen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opkrullen.
- lier␣op — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oplieren. — w. Gebiedende wijs van oplieren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oplieren.
- lopers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord loper.
- oorlap — n. Oorlel. — n. Oorklep als deel van een muts. — n. Oorontsteking bij kleine kinderen (otitis media).
- opkrul — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opkrullen.
- oplier — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oplieren.
- oprolt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oprollen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oprollen.
- parool — n. Herkenningswoord, wachtwoord. — n. Belofte, erewoord. — n. Credo, kernspreuk, consigne, leus.
- ploert — n. (Scheldwoord) schoft.
- polair — bijv. Met betrekking tot één of meer polen.
- polder — n. (Waterbeheer) een bedijkt stuk land waarin de waterstand kunstmatig… — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van polderen. — w. Gebiedende wijs van polderen.
- poleer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van poleren. — w. Gebiedende wijs van poleren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van poleren.
- polier — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van polieren. — w. Gebiedende wijs van polieren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van polieren.
- poller — n. (Verkeer) stevige paaltje om auto’s te weren dat in het wegdek…
- pooler — n. Iemand die iets deelt met een ander. — n. Iemand die poolbiljart speelt.
- portal — n. (Internet) webpagina die op een overzichtelijke manier eenvoudig…
- portel — n. (Drinken) melkachtig vocht dat uit kaas sijpelt tijdens het kaas maken. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van portelen. — w. Gebiedende wijs van portelen.
- rolaap — n. (Primaten) Cebus aap uit Zuid-Amerika met een lange staart.
- rolt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oprollen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oprollen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van oprollen.
- sloper — n. (Beroep) iemand die iets afbreekt. — n. Iemand die lood van gebouwen steelt. — n. Een motorfiets waarvan de cilinder sterk naar voren helt.
- slorpt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van slorpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van slorpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van slorpen.
Zie deze lijst voor:
| |