|
Lijst met woorden bevattend met ••••• Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om een letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18
Er zijn 22 woorden bevattend met P, 3U, V en Wspuwden␣vuur spuwde␣vuur spuwen␣vuur spuwt␣vuur spuw␣vuur vrouwenquotumpje vrouwenquotumpjes vuistvuurwapen vuistvuurwapens vuistvuurwapentje vuistvuurwapentjes vuurspuw vuurspuwde vuurspuwden vuurspuwen vuurspuwend vuurspuwende vuurspuwer vuurspuwers vuurspuwertje vuurspuwertjes vuurspuwt 29 definities gevonden- spuwden␣vuur — w. Meervoud verleden tijd van vuurspuwen.
- spuwde␣vuur — w. Enkelvoud verleden tijd van vuurspuwen.
- spuwen␣vuur — w. Meervoud tegenwoordige tijd van vuurspuwen.
- spuwt␣vuur — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vuurspuwen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vuurspuwen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vuurspuwen.
- spuw␣vuur — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vuurspuwen. — w. Gebiedende wijs van vuurspuwen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vuurspuwen.
- vrouwenquotumpje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vrouwenquotum.
- vrouwenquotumpjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord vrouwenquotum.
- vuistvuurwapen — n. Een vuurwapen dat men in de vuist houdt.
- vuistvuurwapens — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord vuistvuurwapen.
- vuistvuurwapentje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vuistvuurwapen.
- vuistvuurwapentjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord vuistvuurwapen.
- vuurspuw — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vuurspuwen.
- vuurspuwde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van vuurspuwen.
- vuurspuwden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van vuurspuwen.
- vuurspuwen — w. Inergatief het sproeien van brandstof met de mond door een…
- vuurspuwend — w. Onvoltooid deelwoord van vuurspuwen. — bijv. Vlammen uitbrakend; lava uitbrakend. — bijv. (Figuurlijk) heel erg boos.
- vuurspuwende — w. Verbogen vorm van vuurspuwend, het onvoltooid deelwoord van vuurspuwen.
- vuurspuwer — n. (Beroep) artiest die vuur uit zijn mond laat komen, vaak ook…
- vuurspuwers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord vuurspuwer.
- vuurspuwertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vuurspuwer.
- vuurspuwertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord vuurspuwer.
- vuurspuwt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vuurspuwen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vuurspuwen.
| |